21 maart 2022

Hoe zullen wij ons troosten?

Geschreven door Johan Goud
Inspiratie Beeld in Vigelandpark Oslo. Foto: Anskit via Flickr Hoe zullen wij ons troosten?

In een beroemde parabel die de filosoof Nietzsche vertelt, loopt een dwaas over het marktplein en zoekt God, die onvindbaar is geworden. ‘Jullie en ik hebben hem gedood’, roept hij de omstanders toe, die hem uitlachen, ‘maar wat we gedaan hebben beseffen we niet.’ ‘Hoe hebben we deze aarde van haar zon kunnen loskoppelen? En hoe zullen we ons troosten?’ Als er niets overblijft waarop we kunnen vertrouwen en dat hoop biedt, vervalt dan niet de mogelijkheid van troost?

Eén van de uitgangspunten van Michael Ignatieff in zijn recente boek over troost is, dat er een levensgroot verschil is tussen berusting en troost. Ze liggen vlakbij elkaar, maar gaan heel verschillende richtingen uit. Wie berust, geeft de hoop op dat het anders zou kunnen zijn. Maar troost houdt altijd de hoop levend op een nieuw begin – al is het maar om vervolgens iets beter te falen dan je tot nu toe deed (zoals de toneelschrijver Beckett eens schreef).

Ander perspectief vinden

Wie een ander probeert te troosten, is er daarom ook niet op uit om hem of haar de mond te snoeren. Waar het op aankomt, is dat je in gesprek met elkaar een ander perspectief vindt, één dat een einde maakt aan het isolement van het verdrietig zijn en dat het leven weer in beweging brengt. Die mogelijkheid wordt aangeduid aan het eind van het boek Job – althans in de nieuwe vertaling van 2021. Na Gods antwoord op het verzet en de aanklachten van Job, reageerde Job volgens oudere vertalingen in een geest van berusting: Ik kende u slechts van horen zeggen, nú heeft mijn oog u aanschouwd. ‘Daarom herroep ik en doe boete in stof en as.’ In de nieuwste vertaling wordt dat:

Ik héb U horen spreken, 
en nu heb ik gezien wie U bent.
Daarom zal ik verder zwijgen,
nu vind ik troost voor mijn kommervol bestaan.

Het slotgedeelte van het boek Job maakt deze troost uiterst concreet. Job begint in feite een tweede leven. Zo zal het in werkelijkheid zelden gaan. We vinden troost door nieuwe vriendschappen aan te gaan, door contact met lotgenoten te zoeken, door schoonheid te beleven, en zoveel meer. Er is de troost van het geloof en die van de filosofie – maar troost wekt ook argwaan (er is immers ook valse troost) en zelfs weerstand: ‘mijn ziel weigert zich te laten troosten’ (Psalm 77:3).

Twee retraites

Komend jaar vinden twee driedaagse retraites in Barchem plaats, een in mei en een in oktober, geleid door Foeke Knoppers en Johan Goud. Met behulp van (bijbel)teksten, gedichten, muziek en film proberen we te achterhalen wat troost is en wat ons troosten kan. Meer info en opgave.

 

Afbeelding: H.N. Werkman, ‘De engel van de laatste troost’ (1943)

 

 

Over Johan Goud

Johan Goud

Johan Goud is emeritus predikant. Hij werkte in de remonstrantse gemeente Eindhoven en Den Haag. Daarnaast was hij hoogleraar Religie en zingeving in literatuur en kunst aan de Universiteit Utrecht. Vanaf begin 2017 is hij post-emeritair aangesteld als 'godsdienstfilosoof' bij de remonstranten Den Haag (een aanstelling die mogelijk werd door een erfenis van gemeenteleden).

Gerelateerd