Vergeven maakt je vrij #veertigdagentijd
Geschreven door Sabine du CrooMatteus 18
21Toen kwam Petrus bij Hem en zei:
Here, hoeveel maal zal mijn broeder tegen mij zondigen en moet ik hem vergeven?
22Tot 7 maal toe?
Jezus zei tot hem:
Ik zeg u, niet tot 7 maal toe,
maar tot 70 maal 7 maal.
Jezus preekt grenzeloze vergeving
Daar zijn we niet altijd toe bereid. We gebruiken argumenten om niet te hoeven vergeven. Bijvoorbeeld ‘Ik kan niet vergeven, want dit is onvergeeflijk’, of ‘Hij moet eerst maar eens beseffen, wat hij mij heeft aangedaan’, of ‘Als ik haar vergeef, doet ze het straks weer’, of ‘Eerst moet zij haar excuses aanbieden’, of ‘Waarom moet ik altijd de wijste zijn?’, of ’Ik hoef niet te vergeven, hij kan de pot op!’, of ‘Vergeving is niet nodig, want ik wil niks meer met haar te maken hebben’, of ‘Alleen God kan dit vergeven’. Er zijn veel redenen waarom vinden dat we niet hoeven, kunnen, willen, mogen vergeven.
We denken dat als we vergeven, we onze positie verzwakken. Dat we daarmee dingen zeggen als; dat haar misstap niet erg was, dat hij geen straf hoeft, dat we ons aanstelden, dat ons gevoel, onze pijn niet belangrijk was, dat we niet alleen vergeven, maar ook vergeten (alsof we dit zullen vergeten!), dat we over ons heen laten lopen. En dat willen we allemaal niet, want we vinden dat we gelijk hebben. Maar willen we gelijk of geluk?
We mogen dan gelijk hebben, helemaal gelukkig zijn we niet met de situatie. Dat voel je soms, dan schuurt het. Bijvoorbeeld als je het Onze Vader bidt en je komt bij de regels:
Matteus 6
12en vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren
Dat gaat niet zomaar
We willen misschien wel vergeven, maar dat gaat niet zomaar. Wij eisen dat de dader schuld bekent, zijn excuses aanbiedt, de gevolgen onder ogen ziet. Maar als de dader dat niet doet of bijvoorbeeld al overleden is, of verhuisd is, dan blijven wij gevangen in het conflict. De misstap die toen gemaakt werd, duurt in ons hoofd nog steeds voort. Wij zijn nog altijd slachtoffer. De dader heeft ons in haar macht. We hebben de macht over ons eigen geluk uit handen gegeven. We zijn onvrij.
Maar om te vergeven heb je de ander niet nodig. Vergeven is iets dat jij zelf in jouzelf doet, zonder de daadwerkelijk interactie met die ander. Het is een innerlijke, onafhankelijke ommekeer. En waarom zou je dat doen? Om vrij te worden.
Geestelijke groei
Geestelijke groei gaat over vrij worden, over niet afhankelijk zijn van de omstandigheden en van anderen en van wat het leven je brengt. Spiritualiteit gaat over uitbreken uit gevangenschap en leven in vrijheid. Kijk naar de Joodse traditie, daar is de Exodus, de uittocht uit gevangenschap, het centrale thema. In het Christendom is de opstanding waarin Jezus de ketenen van de dood verbreekt, een centraal punt.
Maar uitbreken zoals ik hierboven schreef, is eigenlijk precies het verkeerde woord. Je komt niet van gevangenschap naar vrijheid of van de slachtofferschap naar onafhankelijkheid door uit te breken. Je maakt die stap door los te laten. En dat is precies wat er staat zowel in het Onze Vader als in Matteus 18. Er staat ‘afhièmi’, dat is vertaald met ‘vergeven’, maar de letterlijke betekenis is ‘loslaten’.
Vergeven wil zeggen dat je je wrok en oordelen over de ander loslaat. Dat is bevrijdend. Voor jou. Vergeven maakt jou vrij.
Dàt is de exodus. De weg uit gevangenschap naar vrijheid. Dáarom preekt Jezus grenzeloze vergeving.